Een van de feesten waarvan de oorsprong duidelijk teruggaat tot de Middeleeuwen is het ringrijden. Er zijn verschillende versies van dit spel bekend, maar in grote lijnen komt het erop neer dat de deelnemers met een lans een doelwit moeten raken, terwijl ze op een galopperend paard een renbaan afleggen. Je kan je voorstellen dat dit ritueel afkomstig is van de riddergevechten uit de Middeleeuwen, waarbij ridders elkaar in een toernooi van het paard moesten stoten. In latere eeuwen is het evenement minder gevaarlijk en wreed geworden.
Ringrijden in Zeeland
Ringrijden wordt nog volop uitgeoefend in Zeeland. De deelnemers zitten zonder zadel op een paard en hebben een lange houten lans in de hand. In volle vaart moeten ze een ring uit een over de baan gespannen lijn zien te steken. Deze metalen ringen kunnen verschillende doorsnedes hebben. Hoe kleiner de ring, hoe moeilijker het natuurlijk is om hem goed te raken.
Sjeesjesrijden in Groningen
Een variant van dit spel vindt plaats in Groningen. Daarbij worden prachtig opgetuigde sjeesjes (karren) als vervanging voor het paard gebruikt. De sjees bevatten een echtpaar, waarvan de man het paard ment, en de vrouw met de lans de ring probeert te steken.
Varianten met dieren
Vroeger werden er ook versies van het ringsteken uitgevoerd, waarbij een dier aan het touw over de baan was vastgebonden. Tot in de 19e eeuw waren deze beestachtige spellen erg populair. Vooral ganzen en palingen werden vaak opgehangen aan het touw over de baan. Het doel van de ruiter was dan om in galop de kop van het levende dier af te trekken. Later werden de dieren eerst gedood voordat ze opgehangen werden. Tegenwoordig wordt dit volksvermaak gelukkig nergens meer toegestaan.